Ons telefoon: (010) 737 0256 Ons e-mailadres: info@care4neo.nl

Ademhalingsondersteuning

Ademhalingsondersteuning

Invasieve en niet-invasieve beademing

Veel prematuren zijn nog niet rijp genoeg om goed te kunnen ademen. Maar niet alleen prematuren hebben direct na de geboorte hulp nodig, er zijn ook andere pasgeborenen die om deze reden moeten worden opgenomen op een afdeling neonatologie van een ziekenhuis.

Er zijn twee manieren waarmee de ademhaling ondersteunt kan worden, afhankelijk van de ernst van de problemen: invasief en niet-invasief.

Niet-invasieve beademing

Er zijn verschillende mogelijkheden om het je kind makkelijker te maken om te ademen:

CPAP/BIPAP

Er kan extra druk worden gegeven en als het nodig is ook met zuurstof verrijkte lucht via een maskertje op de neus, ook wel CPAP (Continuous Positive Airway Pressure) genoemd, een variatie daarop is Bipap, (bipolaire positive airway pressure) de druk wordt zo geregeld, dat bij inademen een hogere druk wordt gegeven die bij uitademen wordt verlaagd.

Infant FLow

Een maskertje dat dient om de ademhaling te vergemakkelijken. Hierbij wordt extra zuurstof/lucht met een bepaalde stroomsnelheid via de neus toegediend. Het wordt vastgemaakt met een mutsje.

Low Flow

De Low-Flow kent veel benamingen, waaronder flowsnor, snorretje of neusbril. Hiermee wordt een kleine hoeveelheid lucht/zuurstof via twee sprietjes in de neus geblazen.

Invasieve beademing

Met invasieve beademing (dus tot in het lichaam) wordt actieve kunstmatige beademing bedoeld.

Kunstmatige beademing

Een machine neemt de ademhaling over via een buisje dat door de luchtpijp naar de longen gaat. Vaak met als doel het kind eerst tot rust te laten komen, energie te laten opdoen, om het daarna weer zelf te laten proberen te ademen (vaak met extra ondersteuning).

Trilbeademing / Hoog Frequente Beademing (HFB)

Naast de traditionele manier van beademen wordt tegenwoordig ook gebruik gemaakt van trilbeademing, ook wel hoog-frequente beademing (HFB) genoemd. Daarbij gebeurt in- en uitademing met heel kleine hoeveelheden lucht in een zeer hoge frequentie (600/min). Het idee is dat dit bij sommige kinderen minder belastend is voor de longen. De hoogfrequente trillingen zijn dan duidelijk te zien aan de buitenkant van de borstkas. Alhoewel het er vreemd uitziet, heeft je kind daar geen last van.

Het streven is om iedere vorm van invasieve beademing zo kort mogelijk te laten duren.

Sluiten