Ons telefoon: (010) 737 0256 Ons e-mailadres: info@care4neo.nl

Vatbaarheid

Vatbaarheid

Veel couveusekinderen zijn extra vatbaar. Ze zullen misschien niet váker een verkoudheid of een ander virusje oplopen, maar ze zijn er wel zieker van. Dat geldt vooral voor kinderen die geboren zijn met onrijpe longen. Is een kind normaal gesproken verkouden en snotterig van een virusje, bij couveusekinderen wordt het sneller een bronchitis of longontsteking. Advies is dan ook om je sneller bij de dokter te melden, niet te lang mee rondlopen. En ja, dan krijgt je kind mogelijk (weer) antibiotica.

Antibiotica hebben tegenwoordig bij ouders (en ook bij artsen) een slechte naam, maar realiseer je dat jouw kind het soms nodig heeft!

GBS, Groep B-Streptokokken bacterie

Een infectie waar veel ouders bang voor zijn, is de zogenaamde GBS-infectie, genoemd naar de veroorzaker, de Groep B-Streptokokkenbacterie. Deze bacterie komt veel voor in de darmen van volwassenen en vrijwel niemand wordt er ziek van. Maar voor pasgeborenen is hij wel gevaarlijk. Zij kunnen de bacterie oplopen tijdens de zwangerschap of tijdens de geboorte en in zeldzame gevallen ook nog daarna, tot ongeveer twaalf weken. In dat geval wordt het via de handen van volwassenen overgedragen. Daarna komt het als ziekte niet meer voor. Wil je meer weten, kijk dan op de website www.ogbs.nl

RS-Virus

Mogelijk nog banger zijn ouders voor het RS-virus, het Respiratoir Syncytieel Virus. Dit is een van de belangrijkste virussen die een verkoudheid (luchtweginfectie) veroorzaakt, zowel bij kinderen als bij volwassenen. Kinderen in Nederland hebben als ze drie jaar zijn allemaal ten minste één RS-virusinfectie doorgemaakt. Normaal levert dat geen problemen op. Na iedere infectie zijn er meer antistoffen aangemaakt en is iemand beter bestand tegen de volgende.

Maar bij kwetsbare kinderen kunnen de problemen groter zijn, vooral bij kinderen die al ‘bewezen’ longproblemen hebben. Dat zijn vrijwel alle kinderen die geboren zijn met onrijpe longen, en in het bijzonder de kinderen die daarna BPD/CLD (Broncho Pulmonale Dysplasie/Chronische Longziekte) hebben ontwikkeld.

Een RS-virusinfectie begint met een neusverkoudheid, daarna volgt hoesten, maar de koorts is meestal niet hoog. Kinderen kunnen er wel benauwd en kortademig door worden. De kleine luchtwegen (de bronchiën) kunnen worden aangetast (bronchitis) of de longen (longontsteking). Het komt voor dat een kind vanwege die ademnood opnieuw wordt opgenomen in het ziekenhuis. Dit zijn meestal kinderen uit de eerder genoemde kwetsbare groepen. Soms komt het kind zelfs op de intensive care aan de beademing.


In het ziekenhuis kan het virus zelf niet worden bestreden, maar wel de benauwdheid. Na een paar dagen knapt het kind op en meestal is hij een week later weer thuis, maar hij blijft vaak nog wel een tijdje hoesten en is soms wat kortademig.

Kinderen uit de risicogroepen kunnen tegenwoordig in het RSV-seizoen – van oktober tot april – worden ingeënt tegen dit virus. Daarbij krijgen ze antistoffen ingespoten, maar ook dit middel beschermt niet optimaal. Het kan er wel voor zorgen dat de infectie minder heftig verloopt. De kosten van deze inenting kunnen oplopen tot rond de vierduizend euro per seizoen per kind en worden voor kinderen uit de risicogroepen vergoed door de basisverzekering. Vooraf is toestemming nodig van de zorgverzekeraar.

Meer weten over wat het RS-virus is en hoe je de kans op besmetting kunt verkleinen? Op deze pagina vertellen we je er meer over.

Sluiten